Kabinet verlengt IOW met 4 jaar

08/07/2019

De Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) wordt verlengd. Werknemers vanaf 60 jaar en 4 maanden die werkloos of gedeeltelijk arbeidsongeschikt worden, kunnen aanspraak maken op een IOW-uitkering. Dat staat in een wetsvoorstel waarmee de ministerraad op voorstel van minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft ingestemd.

 

De arbeidsmarkt verandert en er moet langer worden doorgewerkt. Met dit wetsvoorstel wil het kabinet oudere werknemers, die ondanks inspanningen van overheid, werkgevers en werknemers toch werkloos of arbeidsongeschikt worden, tegemoet blijven komen. De IOW biedt een tijdelijk vangnet aan oudere werklozen van wie de WW- of WGA-uitkering is afgelopen en die nog geen recht hebben op een AOW-uitkering. Als zij aanspraak willen maken op de bijstand, moeten ze vaak eerst hun eigen vermogen of dat van hun partner ‘opeten’. Om dat te voorkomen, hebben zij recht op een IOW-uitkering totdat zij de AOW-leeftijd bereiken.

 

De IOW zou per 1 januari 2020 aflopen. In het regeerakkoord is afgesproken dat de IOW wordt verlengd met vier jaar tot 1 januari 2024. Omdat een WW-uitkering maximaal twee jaar duurt, kan men tot 1 januari 2026 instromen in de IOW. Als resultaat van een toezegging aan het Kamerlid Stoffer zal de toetredingsleeftijd niet meegroeien met de pensioenleeftijd, zoals afgesproken in het regeerakkoord, maar worden vastgelegd op 60 jaar en 4 maanden.

 

De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te zenden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.

 

Bron: Rijksoverheid