Derde steunpakket: de belangrijkste punten

01/09/2020

Na twee Corona-noodpakketten heeft het kabinet vorige week een nieuw pakket steunmaatregelen gepresenteerd, die mede gericht zijn op herstel. De maatregelen zijn meer gericht op de langere termijn en hebben een looptijd van bij elkaar negen maanden. Het gaat in op 1 oktober.

 

Loonkostenregeling (NOW)

De tegemoetkoming aan bedrijven voor loonkosten wordt in tijdvakken van drie keer drie maanden verlengd. Van het vergoedingspercentage van 90% in de eerste tijdvak (oktober t/m december) wordt 10% ingezet om ruimte te creëren voor scholing en van-werk-naar-werktrajecten. Het vergoedingspercentage dat rechtstreeks naar bedrijven gaat, wordt hierdoor 80%. In de twee tijdvakken in 2021 wordt het vergoedingspercentage in stappen verlaagd naar 70% voor de periode januari t/m maart en naar 60% voor de periode april t/m juni 2021.

 

Werkgevers krijgen voor een bepaald deel de ruimte om de loonsom te laten dalen, zonder dat subsidie hoeft te worden terugbetaald. In het eerste tijdvak mag de daling 10 procent van de loonsom bedragen, in het tweede 15 en in het derde 20. Een manier om de loonsom omlaag te brengen is bijvoorbeeld natuurlijk verloop of door minder personeel aan te houden. Bedrijven mogen niet zomaar het salaris aanpassen, dat kan alleen na overeenstemming en op vrijwillige basis.

 

Om in aanmerking te komen voor NOW blijft in het eerste tijdvak (oktober – december) het omzetverlies 20 procent, daarna moet er sprake zijn van een omzetverlies 30 procent. In de eerste twee tijdvakken blijft de bovengrens van twee keer maximum dagloon in takt, in het derde wordt dat eenmaal maximum dagloon, zodat het meer in lijn is met de reguliere sociale zekerheid. Het verbod op het uitkeren van bonussen en dividend wordt gehandhaafd, dat geldt ook voor de verplichting van bedrijven om zich op scholing te richten.

 

Aanvullend sociaal pakket

Het kabinet komt met een omvangrijk aanvullend sociaal pakket van meer dan 1 miljard euro om mensen van wie de baan toch op de tocht staat of werkloos raken perspectief te bieden. Daarbij is een rol weggelegd voor sociale partners, UWV, gemeenten en scholen. De komende tijd gaan kabinet en sociale partners met elkaar in gesprek hoe mensen van werk naar werk kunnen worden geholpen. Het kabinet wil sociale partners daarbij faciliteren. Het kabinet maakt verder geld vrij voor regionale mobiliteitsteams voor mensen die zonder werk zijn komen te zitten. Het kabinet zet verder in op (om)scholing en ontwikkeling, en de aanpak van jeugdwerkloosheid, armoede en schulden.

 

Investeringen

Om het herstel van de economie te bespoedigen, wil het kabinet meer investeren. De komende jaren worden investeringen ter waarde van circa € 2 miljard naar voren gehaald. Ongeveer € 1,5 miljard daarvan is op het terrein van bouw en leefomgeving. Ook werkt het kabinet aan een investeringsfonds, waarover rond Prinsjesdag meer bekend wordt.

 

Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo)

De bijstandsuitkering voor zelfstandig ondernemers wordt met negen maanden verlengd. Vanaf 1 oktober geldt een vermogenstoets van 46.520 euro. Ondernemers met een vermogen boven dat bedrag, komt niet voor Tozo 3 in aanmerking. Bij de vermogenstoets worden zaken als de eigen woning, afgeschermd pensioen, bedrijfspand en machines buiten beschouwing gelaten.

 

Tegemoetkoming Vaste Lasten mkb (TVL)

Ook de TVL voor vaste lasten van bedrijven wordt met negen maanden verlengd, het maximale subsidiebedrag gaat omhoog naar € 90.000 per drie maanden. Tot eind dit jaar geldt als voorwaarde een omzetverlies van 30 procent, dat percentage wordt daarna in stappen verhoogd.

 

Bron:VCP