Bredere informatieve VCP-pensioenbijeenkomst

12/05/2022

De Wet Toekomst Pensioenen (WTP) was onderwerp van een informatieve bijeenkomst, die de VCP op 9 mei heeft gehouden. De aanwezigen kregen een helder overzicht van wat er nu ligt, het wetgevingsproces en wat er de komende jaren nog moet gebeuren. Aan de bijeenkomst namen diverse cao-onderhandelaars, pensioenfondsbestuurders en specialisten van de bij de VCP aangesloten organisaties deel.

 

Lange adem

‘De totstandkoming van het nieuwe pensioenstelsel is een proces van lange adem. Er wordt al zo’n vijftien jaar over gesproken en het zal tot 2037 duren voordat het helemaal is ingevoerd en ‘alles klaar is’, zoals VCP-bestuurder Ruud Stegers het formuleerde. Hij noemde de voorgestelde wetgeving, die nu voorligt in de Tweede Kamer het meest haalbare gezien alle belangen. Jongeren en ouderen komen er redelijk tot goed uit. De VCP heeft wel zorgen over werkenden van middelbare leeftijd, omdat zonder verdere maatregelen daar de nadelen van de transitie neerslaan, terwijl de daarvoor bedoelde compensatieregeling niet in de wet verplicht is gesteld. De VCP had liever een wettelijke compensatieregeling gezien, maar kreeg de afgelopen jaren daar de handen helaas niet voor op elkaar.

 

Rol sociale partners

VCP-beleidsmedewerker De Boer begon met het schetsen van de argumenten waarom het huidige pensioenstelsel niet houdbaar is en leidt tot onbegrip en teleurstelling bij deelnemers. Zij hield samen met Stegers tijdens de bijeenkomst een presentatie, waarin de aanloop naar de WTP uitgebreid aan bod kwam en vooruit werd gekeken over wat de sociale partners en de uitvoerders de komende jaren te doen staat bij de overgang naar het nieuwe stelsel. Een ingrijpend en technisch proces, waarbij er contracten komen met individuele pensioenpotten. Een systeem, waarbij de sterke afhankelijkheid van de rekenrente is weggenomen. Waarbij het sneller en vaker mogelijk wordt de pensioenen te verhogen, maar waarin ze als het economisch tegenzit ook omlaag kunnen.

 

Politiek aan zet

Sinds het begin van het wetgevingsproces in het najaar van 2020 hebben werkgevers- en werknemersorganisaties, waaronder de VCP, een andere rol dan bij de onderhandelingen over het Pensioenakkoord. Bij het schrijven van de wet is het ministerie van SZW in de lead om keuzes te maken. In de zogeheten Stuurgroep hebben sociale partners over discussiepunten hun mening gegeven, waarna het ministerie daarmee aan het werk ging. Dat proces heeft eind maart geleid tot afronding van de wetsteksten. Nu is het aan de Tweede en Eerste Kamer om zich uit te spreken over de voorliggende wetsteksten. Dat kan nog tot aanpassing leiden. Een hoopvol teken noemde Klaartje de Boer een artikel in PensioenPro op de dag van de bijeenkomst, waarin de oppositie zei dat de compensatie beter moet worden geborgd.

 

Deelnemers

Een deel van de bijeenkomst stond in het teken van de positie van de deelnemers: werkenden en gepensioneerden. In het nieuwe stelsel is het niet meer mogelijk om individueel bezwaarrecht aan te tekenen. Maar het komt wel het nodige voor in de plaats, zoals een interne klachten- en externe geschillencommissie. Het belang van een gezamenlijk proces met alle belanghebbenden werd benadrukt. Voor professionals die direct met de overgang naar het nieuwe stelsel te maken hebben, is er een speciale website waarop uitgebreid wordt ingegaan op allerlei deelonderwerpen: werkenaanonspensioen.nl. De website wordt met grote regelmaat aangevuld met nieuw materiaal.

 

Afdronk

Na de twee en een half uur durende bijeenkomst is de afdronk dat de wet goede kansen biedt, maar dat veel zal afhangen van de afspraken die door bonden, werkgevers en pensioenfondsen gemaakt gaan worden. Ook heerst het gevoel dat er nog veel dillema’s liggen. Alles bij elkaar ligt er de komende jaren een belangrijke rol voor de bonden van de VCP.

 

Bron: VCP