De nieuwe cao voor uitzendkrachten: wat gaat er veranderen?

20/09/2022

Dit jaar en volgend jaar verandert er veel in de uitzend-cao. De nieuwe cao voor uitzendkrachten moet uitzendkrachten en flexwerkers beschermen en de economie veerkrachtiger maken. Dit gaat er veranderen. 

Veel punten in de nieuwe cao voor uitzendkrachten zijn begin 2022 al ingegaan, andere aanpassingen gaan in vanaf 2 januari 2023. Benieuwd naar wat er gaat veranderen? In dit artikel lees je over de belangrijkste veranderingen en zet AFAS de grootste wijzigingen op een rij, zoals rond het fasensysteem, de eindejaarsuitkering en de inlenersbeloning.

 

Uitbreiding van de inlenersbeloning

De inlenersbeloning houdt in dat de opdrachtgever verplicht is om bij gelijk werk de uitzendkracht hetzelfde te betalen als medewerkers in directe dienst. Hiermee voorkom je dat een uitzendkracht minder betaald krijgt voor hetzelfde werk.

Wijzigingen per 3 januari 2022

De meeste wijzigingen voor de inlenersbeloning zijn al ingegaan op 3 januari 2022:

  • De inlenersbeloning is uitgebreid met een thuiswerkvergoeding en eenmalige uitkeringen, zoals een dertiende maand.
  • Algemene loonsverhogingen met terugwerkende kracht gelden ook voor uitzendkrachten, tenzij ze niet meer bij die opdrachtgever werken.
  • Opdrachtgevers moeten uitzendkrachten inschalen op het niveau dat bij hun werkervaring en werkzaamheden past.

Wijzigingen per 2 januari 2023

Vanaf 2 januari 2023 hebben uitzendkrachten ook recht op een vaste eindejaarsuitkering. Dit is geen vast bedrag of vast percentage. Hoe dit straks precies in zijn werk gaat, staat nog niet volledig vast. Maar geen zorgen: wij houden het voor je in de gaten.

 

Aanpassingen in de pensioenopbouw uitzendkrachten

De aanpassingen voor pensioen gelden sinds 1 januari 2022. De belangrijkste verandering:

  • In de oude cao bouwden uitzendkrachten pas pensioen op na 26 weken. Nu bouwt de uitzendkracht al na 8 gewerkte weken pensioen op.
  • Vanaf het begin van week 9 geldt de basisregeling gevolgd door de plusregeling, voor 52 weken.
  • De uitzendkracht bouwt nu pensioen op over meer loonelementen.

 

Wijzigingen in het fasensysteem

Onderdeel van de veranderingen is dat het fasensysteem begin 2022 op de schop is gegaan. Als uitzendkrachten voor dezelfde opdrachtgever blijven werken, doorlopen ze de fases A, B en C (ABU). De fases worden ook 1-2, 3 en 4 genoemd (NBBU). De wijzigingen hebben alleen betrekking op fase A/1-2 en B/3. Fase C/4 is hetzelfde gebleven. Voor de volledigheid behandelen we de wijzigingen hier in het kort.

Fase A/1-2 duurde eerst 78 gewerkte weken. Dat is in de nieuwe cao verkort naar 52 gewerkte weken. Uitzendkrachten die voor 3 januari 2022 zijn begonnen, moeten in principe nog 78 weken werken in fase A/1-2. Zij gaan op 2 januari 2023 wel direct door naar fase B/3, als ze op die datum 52 weken hebben gewerkt.

In de oude cao tellen weken waarin een uitzendkracht betaalde vakantie opneemt niet mee voor fase A/1-2. Vanaf 2 januari 2023 tellen ook deze weken mee voor het totale aantal gewerkte weken.

Tijdens fase B/3 kon een uitzendkracht eerst maximaal 6 contracten in 4 jaar krijgen. Dat is ingekort naar 6 contracten in 3 jaar. Ook hier is sprake van een overgangsregeling. Uitzendkrachten die voor 3 januari 2022 zijn begonnen, kunnen nog volgens de oude cao 6 contracten in 4 jaar krijgen. Als ze op 2 januari 2023 al 3 jaar in fase B/3 zitten, gaan ze gelijk door naar fase C/4.

Kort gezegd zijn de belangrijkste veranderingen in het fasensysteem:

  • Fase A/1-2 is nu 52 in plaats van 78 gewerkte weken
  • Fase B/3 is nu maximaal6 contracten in 3 jaar in plaats van 4 jaar

 

Bron: Flexmarkt